In de jaren ’90 kon ons land nog bogen op een belangrijke aanwezigheid van autoconstructeurs. Maar na het opdoeken van Renault Vilvoorde (1997), Opel Antwerpen (2010), Ford Genk (2014) en Audi Vorst (2025) is Volvo Car in Gent de enige resterende producent van auto’s in ons land. Even verderop in North Sea Port vinden we ook de grootste vrachtwagenfabriek van Volvo Trucks ter wereld. Hoewel beide bedrijven vandaag een andere eigenaar hebben, vertoont hun succesverhaal opvallende parallellen, zo blijkt uit een dubbelgesprek met Stefan Fesser, CEO van Volvo Car Gent en Koen Leemans, CEO van de Volvo Trucks fabriek in Gent.
Koen Leemans: Een fabriek in een havengebied met uitstekende multimodale connecties is voor ons een absolute troef. We hebben een zeer goeie vrachtverbinding met onze hoofdzetel in Göteborg en dat is essentieel. Want hier rollen jaarlijks 40.000 heady duty trucks van de band, waarmee we de grootste productievestiging van onze groep wereldwijd zijn. Daarnaast zitten vele partners vlakbij, denk aan DFDS en Katoennatie, bijvoorbeeld. Samen met het havenbestuur maken we werk van een zogenaamde green corridor, waarbij we het transport van onze afgewerkte producten richting Zuid- en Oost-Europa willen vergroenen. De ambities van North Sea Port rond CO2-neutraliteit sluiten perfect aan bij onze eigen doelstellingen.
Stefan Fesser: Ook voor ons is de centrale ligging in Europa cruciaal. Als bedrijf willen we produceren in de markten waar we actief zijn en ook zoveel mogelijk onderdelen inkopen in de eigen regio. We hebben daartoe een groot ecosysteem van leveranciers uitgebouwd rondom deze fabriek. De Gentse haven is zeer toegankelijk voor onze inbound en outbound logistiek. We beschikken bijvoorbeeld over een eigen spoorterminal op onze terreinen en maken ook gebruik van een shortsea verbinding met de haven van Antwerpen. Samen met North Sea Port en de havengemeenschap ijveren we ervoor om ook in de toekomst over de juiste infrastructuur en voldoende hernieuwbare energie te beschikken, om onze logistiek verder te verduurzamen.
Stefan Fesser: Het is een combinatie van factoren die ertoe leidt dat we hier sterk verankerd zijn. Voor mij heeft het vooral met de flexibiliteit en wendbaarheid van al onze teams te maken. We hebben bewezen dat we foutloos en efficiënt nieuwe opdrachten tot een goed einde kunnen brengen. Zo waren we de eerste vestiging waar er een batterij-assemblage werd opgestart. We bouwden als eerste Volvo-fabriek in Europa een volledig elektrische wagen, intussen zijn we al aan ons derde EV-model toe. We produceerden vorig jaar ruim 186.000 wagens met een equipe van 6.500 medewerkers. Dat we telkens voorlopen in innovatie en niet op onze lauweren rusten, verhoogt de weerbaarheid van onze fabriek en het hele ecosysteem van toeleveranciers. Finaal is dat wat de werkgelegenheid beschermt. We zijn ook nu nog aan het aanwerven.
Koen Leemans: Eigenlijk geldt voor ons net hetzelfde. We hebben al tientallen jaren een cultuur die ons stimuleert om sterke resultaten neer te zetten. De Volvo Trucks fabriek in Gent staat voor premium kwaliteit tegen een aanvaardbare kost, en op tijd geleverd. We zijn eveneens een ‘first mover’ in innovatie. Onze fabriek is bijvoorbeeld al sinds 2007 CO2-neutraal. We hebben onze productielijnen zo ingericht, dat ze alle modellen aankunnen, ongeacht of het nu een diesel of volledig elektrisch model is. Omdat we zo performant zijn, blijft de groep investeren en blijven we ook rekruteren om onze ploeg van ruim 4.000 medewerkers verder aan te vullen.
Stefan Fesser: We weten dat de energie- en loonkosten in België in ons nadeel zijn. Daarom zetten we sterk in op het verlagen van onze energievraag, bijvoorbeeld met nieuwe elektrische ovens in de paint shop. Voorts zorgt eigen hernieuwbare energie ervoor dat we minder afhankelijk zijn van prijsschokken op de energiemarkt. We beschikken zowel over windturbines als zonnepanelen en we hebben een warmtenetwerk met Stora Enso, waarbij wij hun overschot aan warmte recupereren. Voor de loonkosten is er maar één oplossing: blijven innoveren en automatiseren om je efficiëntie te verhogen. De introductie van het nieuwe EV-model EX30, met meer dan 500 nieuwe robots op onze lijnen, hebben we uitgevoerd in de helft van de voorziene tijd. Dat zijn prestaties die niet onopgemerkt blijven bij onze Chinese eigenaar Geely.
Koen Leemans: Wij produceren alle heavy duty-modellen van Volvo Trucks voor de Europese markt. Er is daarom nog nooit concurrentie geweest voor een nieuw model. Wel merken we dat de transitie naar elektrische trucks zich langzamer doorzet dan verwacht. Voor het eerst stelt de groep zich daarom de vraag of we die elektrische heavy duty voertuigen nog wel in alle vestigingen moeten produceren. Want het vergt grote investeringen. Op de lange termijn is dat uiteraard een no-brainer, maar we volgen nu wel van zeer nabij de marktevoluties op. Ook het geopolitieke spel met invoertarieven speelt daarbij een rol. Maar het staat buiten kijf dat we waken over onze efficiëntie, zowel wat energie als loonkosten betreft.
Stefan Fesser: Iedereen weet dat de automobielwereld een heel competitieve sector is. Wij kunnen gelukkig bogen op een lange historiek en het sterke imago van Volvo inzake design en veiligheid. Het komt er nu op aan om flexibeler en sneller te zijn dan de rest van de markt. We investeren in een groene en digitale transformatie. Gelukkig krijgen we daarbij steun van de overheid. De Clean Industrial Deal van de Europese Commissie is een goede aanzet, maar het zal erop aankomen dat te vertalen in maatregelen die ons in de praktijk ten goede komen.
Koen Leemans: Ik ga helemaal akkoord met Stefan. Ook wij weten dat er nieuwe concurrenten op komst zijn, die ons zullen uitdagen. We moeten daarom onze productie heruitvinden want met enkel incrementele innnovatie zullen we er niet geraken. Om relevant te blijven in de toekomst gaat het voor mij daarom ook over het upskillen en reskillen van het beschikbare talent. Voor de verdere transformatie van onze operaties zullen we honderden nieuwe mensen nodig hebben, die de juiste attitude hebben en bereid zijn om zich verder bij te scholen.
Koen Leemans: Ja, op dat vlak zijn we elkaars concurrent. De krapte op de arbeidsmarkt duurt nog altijd voort en we zoeken allebei technisch talent, mensen met digitale skills en medewerkers die in een ploegensysteem willen werken. Maar tegelijk geloof ik dat het ook versterkend werkt dat sollicitanten vaak geconfronteerd worden met de merknaam Volvo, omdat we allebei groeibedrijven zijn met een positief imago. Toch betekent de moeilijke situatie niet dat we zomaar de deur openzetten voor iedereen: we houden vast aan ons rekruteringsproces. Mensen moeten blijven passen bij het dna van de organisatie, dat is net onze sterkte. Alles samen zijn zo’n 70 verschillende nationaliteiten bij ons actief.
Stefan Fesser: Onze sterkte is dat we mensen een high skilled workplace bieden, in bedrijven die fors investeren in innovatie. Dat is goed nieuws voor de havengemeenschap en voor heel Gent: Volvo Car en Volvo Trucks hebben een langetermijnambitie en bieden duurzame tewerkstelling. De uitdaging is om te blijven uitleggen dat industrie om mensen draait, en om de attractiviteit van onze jobs goed uit te leggen aan de volgende generaties die op de arbeidsmarkt zullen komen. We hanteren daarbij een rekruteringsbeleid dat cultuur en waarden vooropstelt. Mede daardoor tellen wij ruim 70 nationaliteiten. We zijn trots dat intussen ook mensen van een tweede of zelfs derde generatie uit dezelfde familie meedraaien in onze fabriek.
Stefan Fesser: De lancering van de Volvo EX30, die naast de bestaande modellen op dezelfde lijn loopt, is een grote mijlpaal voor Volvo Car Gent. Dit vertegenwoordigt een totale investering van 220 miljoen euro. We leveren hiermee het bewijs dat we als fabriek klaar zijn voor de toekomst. We hebben het potentieel om de komende jaren te groeien naar een productie van 250.000 auto’s per jaar. Maar we zullen ons agile moeten blijven opstellen want de technologie evolueert nog altijd razendsnel en de marktevolutie is minder voorspelbaar dan ooit.
Koen Leemans: De toekomst oogt positief. Ik zie in ons masterplan tot 2028 nog veel opportuniteiten. En we beschikken nog over terreinen om onze vestiging uit te breiden. De uitdaging is evenwel om onze competitiviteit te blijven versterken. De fabriek naar een nog hoger niveau tillen met het hele team is de uitdaging maar tegelijk zit daar ook heel veel plezier in, als je daarvoor openstaat. De tijd die we nu meemaken, is voor mij één van de meest interessante periodes uit mijn loopbaan.
Neem dan rechtstreeks contact op met Volvo Car Belux.