Hét toonaangevende zakenplatform voor Vlaanderen
Interview met Henk Vansteenkiste (Hict),Karin Scheerlinck (Surgi-Tec) en Pascal Verdonck (UGent)

Interview met Henk Vansteenkiste (Hict),Karin Scheerlinck (Surgi-Tec) en Pascal Verdonck (UGent)

“Nu is het momentum om te innoveren in onze gezondheidszorg”

Het is bijna drie jaar geleden dat de coronapandemie in alle hevigheid losbarstte in ons land. Gelukkig is het virus inmiddels bestreden en kan de aandacht van de zorgsector weer naar andere uitdagingen gaan. Business Vlaanderen bracht drie ondernemende experts rond de tafel voor een stand van zaken: Henk Vansteenkiste, COO van Hict, een consultancybureau dat wereldwijd zorgverstrekkers, leveranciers en de publieke sector adviseert; Karin Scheerlinck, CEO van Surgi-Tec, dat implantaten voor mond-, kaak- en aangezichtschirurgie ontwikkelt en produceert; en Pascal Verdonck, professor medische technologie aan de UGent en bestuurslid van innovatiecluster Medvia en de Belgische Vereniging van Ziekenhuisdirecteurs. 

COVID-19 lijkt al ver achter ons te liggen. Hoe kijken jullie terug op de crisis die ons gezondheidssysteem deed daveren op zijn grondvesten?

Pascal Verdonck: Het zijn inderdaad zware tijden geweest. Maar ik wil focussen op de positieve punten. Een deel van de zorgverstrekkers heeft echt keihard gewerkt, met veel spirit. Daar is van de publieke opinie ook veel waardering voor gekomen. We beseffen met z’n allen hoe belangrijk een goede, kwalitatieve gezondheidszorg is. En meer dan ooit zijn we ons ervan bewust dat gezondheid veel breder gaat dan het fysieke en ook een belangrijke dimensie van mentaal en sociaal welzijn omvat. Daarnaast is covid een accelerator geweest voor de digitale transformatie van de zorg. Ik denk dan bijvoorbeeld aan de opvolging van coronapatiënten via mHealth-toepassingen en telemonitoring. 

Pascal Verdonck: “Gepolitiseerde raden van bestuur in ziekenhuizen zijn vaak een remmende factor voor samenwerking en innovatie.”

Henk Vansteenkiste: We hebben dat wereldwijd gezien: de digitalisering van de zorg heeft overal een soortgelijke boost gekregen. Veel zaken die zich in een pilootfase bevonden, zijn versneld uitgerold op grote schaal: digitale patiëntenregistratie of corona-apps, bijvoorbeeld. Er is wel degelijk veel geïnvesteerd. Wij merkten ook dat de samenwerking tussen verschillende instanties onder druk van deze crisis in een stroomversnelling kwam. Jammer genoeg vallen een aantal van die dynamieken weer stil. Terwijl we eigenlijk op dat elan moeten voortgaan, om de gezondheidszorg klaar te stomen voor de toekomst.

Karin Scheerlinck: In het voorjaar van 2020 zagen wij – net als vele andere medtech-bedrijven – de markt stilvallen. We beseften vrij snel dat dit een zware crisis zou worden. Aangezien de artsen aan wie wij leveren ­enkel dringende ingrepen mochten uitvoeren, zijn we gestopt met produceren. Gelukkig konden we een beroep doen op de tijdelijke werkloosheid. Mede daardoor zijn we die crisisperiode goed doorgekomen. In het eerste jaar daalde onze omzet met een derde, maar in 2021 trok onze activiteit snel weer aan en hebben we ons beste resultaat ooit neergezet. Van de tijd die vrijkwam, hebben we gebruik gemaakt om onze processen verder te digitaliseren en op punt te zetten. Daar plukken we nu de vruchten van. 

Waar schuilt de grootste uitdaging voor de Belgische zorgsector vandaag? 

Pascal Verdonck: We moeten ons gezondheidssysteem transformeren, maar wel op zo’n manier dat we de plussen behouden. De Belgische gezondheidszorg is zeer toegankelijk en rechtvaardig georganiseerd. Niemand mag uitgesloten worden. Maar ze heeft ook een aantal minpunten. Ze is complex georganiseerd, het systeem kost veel geld en er zitten inefficiënties in. Je moet het zien als een mikado: “ons systeem ziet er niet uit, maar het functioneert doorgaans wel goed”. En als je één stokje wil verleggen, kan de hele constructie uit elkaar vallen. Aangezien we niet van een wit blad kunnen vertrekken, zit er dus niets anders op dan binnen het bestaande systeem te innoveren en de zaken zo optimaal mogelijk te organiseren. 

Henk Vansteenkiste: Een hervorming dringt zich hoe langer hoe meer op. De financiële situatie van de ziekenhuizen verslechtert jaar na jaar: 8 op de 10 ziekenhuizen lijden nu operationeel verlies. Dat zet een rem op de investeringen. Uit een onderzoek van Belfius blijkt dat de investeringen in onze ziekenhuizen tussen 2018 en 2021 met bijna een kwart zijn gedaald. Het betekent dat er duidelijke keuzes moeten worden gemaakt, zodat de beschikbare middelen worden gespendeerd aan die investeringen met de hoogste return on investment. De ziekenhuisnetwerken blijven een moeilijk gegeven, maar daar zouden we nog meer efficiëntie uit kunnen halen. Wij merken dat de wil er wel is om samen te werken, maar dat er vaak veel gevoeligheden te overwinnen zijn.

Karin Scheerlinck: “Bij kleinere medtech-bedrijven moeten we oppassen dat de hogere loonkosten niet ten koste gaan van investeringen in innovatie.”

Pascal Verdonck: Dit zou effectief het momentum voor de ziekenhuisnetwerken moeten zijn: samen de verspilling uit het systeem halen, die winst vervolgens onder meer investeren in technologie en zo een stap vooruitgaan. Het probleem is dat men op dit moment vaak bestaande processen digitaliseert en dat we dus de inefficiënties overnemen in nieuwe systemen. De overheid zou hier meer op moeten toezien en de governance van de ziekenhuisnetwerken aanpakken. Gepolitiseerde raden van bestuur zijn vaak een remmende factor. 

En dan hebben we het nog niet over de krapte op de arbeidsmarkt gehad. Sinds corona lijkt het probleem zeker voor zorggerelateerde beroepen nog groter. 

Henk Vansteenkiste: We weten uit een studie van het Federale Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg KCE dat de jobtevredenheid sterk gedaald is bij verpleegkundigen en dat de teams die op intensieve zorgen werken een mentale dreun hebben gekregen tijdens de coronaperiode. Een aantal mensen stroomt daardoor weg uit de zorg en er zijn onvoldoende nieuwkomers. Het resultaat is dat de werkdruk nog verder stijgt. Dat is een spiraal waar veel directies in de sector zich zorgen over maken. 

Pascal Verdonck: “We moeten blijven investeren in academisch onderzoek en dat ook blijven vertalen in concrete innovaties.”

Pascal Verdonck: Veel mensen staan vandaag ook anders in het leven. De work-life-balance, ik noem het “leefdruk”, slaat soms door. Zo ondervinden ziekenhuizen veel meer dan pakweg 5 jaar geleden moeilijkheden om artsen en hoog opgeleide mensen te mobiliseren voor weekenddiensten. En er wordt ook ontzettend veel deeltijds gewerkt in de zorg, terwijl een ziekenhuis 24/7 moet draaien. De drive om te werken op niet-klassieke uren is weg. En zeer gedreven mensen dreigen hun gedrevenheid te verliezen door de houding van anderen… 

Karin Scheerlinck: Ook onze sector ondervindt vandaag problemen. Je moet heel veel moeite doen om goede medewerkers te vinden, maar ook om ze te houden. Er is een mentaliteitswijziging: mensen weten dat er een war for talent is en ze zijn meer dan vroeger geneigd om te “shoppen”. Dit jaar stijgt de personeelskost gigantisch door de index en als je daarbovenop nog opslag moet geven om goeie mensen te houden, dan betekent dat een stevige investering. Bij kleinere medtech-bedrijven moeten we oppassen dat de hogere loonkosten niet ten koste gaan van de investeringen in innovatie.

Ondanks alles geniet de Belgische gezondheidszorg een goede reputatie in het buitenland. Hoe zorgen we ervoor dat er voldoende innovatie plaatsvindt om de kwaliteit van het systeem te verzekeren op langere termijn? 

Karin Scheerlinck: We hebben nog altijd grote troeven. Als je aan onderzoek en ontwikkeling doet, dan vind je hier alles dichtbij. Wanneer we iets nieuws willen lanceren, dan is de universiteit of het ziekenhuis vlakbij, dan kan je makkelijk klinische studies opzetten, enz. We hebben een biotoop dat erg gunstig is voor innovatie, er zijn zeker voldoende brains. Maar er is ook ondernemerschap en lef nodig. In het investeringsfonds waar ik advies geef, stel ik met pijn in het hart vast dat er steeds minder kwalitatieve dossiers voor financiering worden voorgelegd. Dat geeft aan dat er – mogelijk door corona – toch minder krachtige innovatie is rond biotech en medische hulpmiddelen. We moeten dat goed blijven volgen.

Henk Vansteenkiste: “8 op de 10 ziekenhuizen lijden nu operationeel verlies. Dat zet een rem op de investeringen.”

Pascal Verdonck: Een van de meest strategische beslissingen die de Vlaamse overheid ooit heeft genomen, is de oprichting van imec en VIB. Daardoor hebben we vandaag een uitstekende reputatie en een sterk weefsel van farma-, biotech- en medtech-­bedrijven, die samen de cluster Medvia vormen. We moeten daarin verder investeren: academisch onderzoek blijven vertalen in concrete innovaties. En ervoor zorgen dat die start-ups ook een goeie thuismarkt hebben waar ze hun producten kunnen testen en aan de man brengen. Alleen zo zullen we blijvend de vruchten plukken van onze investeringen in ontwikkeling. Een nieuwe Europese verordening maakt het medtech-bedrijven bijzonder lastig om hun producten gecertificeerd te krijgen, we moeten oppassen dat er niet te veel omwille van die certificering uitwijken naar de VS. 

Henk Vansteenkiste: België is een kleine markt, ideaal om producten snel te testen. Maar de overheid moet dat ook faciliteren. Voor ontwikkelingen rond mHealth gaat bijvoorbeeld het valideringsproces te traag, als ik dat vergelijk met Duitsland. En wij zien via onze organisatie in het Midden-Oosten ook dat er nood is aan veel knowhow om hun grote ambities te realiseren. Ze kijken heel erg naar Europese bedrijven om hun gezondheidszorg naar een hoger niveau te tillen. Daar liggen dus effectief kansen voor onze ondernemers, op voorwaarde dat ze hun kwaliteit in eigen land al hebben ­ kunnen bewijzen.

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details