Hét toonaangevende zakenplatform voor Vlaanderen
Grensoverschrijdend zakendoen: Noord-Frankrijk charmeert Belgische ondernemers
Patricia De Backer: “De Belgische, soms wat brute manier van communiceren, werkt niet in Frankrijk.”

Grensoverschrijdend zakendoen: Noord-Frankrijk charmeert Belgische ondernemers

België heeft met zijn centrale ligging, open economie en hoogopgeleide werkkrachten veel troeven in huis voor ondernemers. “Maar de grenzen zijn wat ze zijn”, klinkt het bij de Frans-Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel. De belangenvereniging ziet alsmaar meer ondernemingen de grens oversteken, op zoek naar ruimte en een grotere afzetmarkt.

De West-Vlaamse producent van diepgevroren aardappelproducten Agristo wil in 2027 zijn nieuwe ‘frietfabriek’ openen in de buurt van het Noord-Franse Cambrai. Agristo voegt zich bij het rijtje van 800 Belgische bedrijven die al actief zijn in de Franse regio Hauts-de-France. “Het afgelopen decennium zien we een continue instroom van Belgische bedrijven in onze Noord-Franse regio.” Aan het woord is Patricia De Backer, sinds 2007 de (Belgische) leading lady van de Chambre de Commerce Franco-Belgo-Luxembourgeoise (CCFBL). 

De Frans-Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel bestaat al sinds 1902, maar won pas echt aan dynamiek in de jaren ‘90. “Sindsdien hebben zich al tal van mooie bedrijven gevestigd in ons eigen business center, in of rond de metropool Rijsel of op de as richting Parijs. België is mooi, maar de grenzen zijn wat ze zijn. Een markt van 12 miljoen klanten of één van 67 miljoen … dan ken je de voornaamste troef van Frankrijk. De tweede is onze centrale ligging ten opzichte van Brussel, Parijs en Londen. Vestig je je dieper in Frankrijk, lopen de transportkosten hoger op.”

Agristo, producent van ingevroren aardappelproducten, is één van de Vlaamse bedrijven die vorig jaar aankondigde een nieuwe vestiging te zullen bouwen in Noord-Frankrijk.

Ruimte om te ondernemen

Het zijn voornamelijk bedrijven uit de voedingsindustrie, logistieke- en dienstensector die de grens oversteken. Ze vinden er ruimte om te ondernemen. Letterlijk, maar vooral ook figuurlijk. De Backer: “De Franse overheid voert een heel attractief beleid voor buitenlandse investeringen. Ze weten ook dat Belgische projecten kwalitatief zijn én werkgelegenheid genereren. Het gevolg is dat ondernemers actief begeleid worden naar een geschikte site en zelfs naar een vergunning. Hier zijn de spelregels voor zo’n vergunning nationaal. Op enkele uitzonderingen na is er geen tegenwerking voor nieuwe projecten.”

Bij KPMG Law beamen ze dat grensoverschrijdend zakendoen in de lift zit. Het advocatenkantoor begeleidt en adviseert samen met de consultants van KPMG ondernemingen op juridisch en fiscaal vlak bij o.a. het uitbreiden van hun activiteit in het buitenland. “Omwille van de gunstige ligging en het potentieel van de markt, kijkt men dan al snel richting (Noord-)Frankrijk. Het grote gevaar is evenwel dat Frankrijk onderschat wordt qua omvang”, waarschuwt advocaat Arthur Lahousse van KPMG Law in Kortrijk, tevens vicevoorzitter van de Frans-Belgisch-Luxemburgse Kamer van Koophandel. 

“Net zoals bij ons is de arbeidsmarkt geëvolueerd van een ‘marché de sélection’ naar een ‘marché de séduction’”, weet Arthur Lahousse.

Een doordacht plan van aanpak

“Je moet vooraf bepalen hoe je je activiteiten over de grens zal structureren. Bedrijven die er zonder de nodige voorbereiding aan beginnen, ervaren soms vrij snel dat Frankrijk te groot is om zonder doordacht plan van aanpak te coveren. Bij KPMG Law en KPMG brengen we een team van specialisten samen die het complexe landschap van fiscale, juridische en financiële regels beheersen. We werken op maat van de klant en kunnen dankzij onze multidisciplinaire aanpak en aanwezigheid aan beide kanten van de grens de vele valkuilen tackelen.”

Aan boord van zo’n kernteam zitten ook arbeidsrechtelijke specialisten. “Franse arbeiders staan erom bekend om goed opgeleid te zijn, ze zijn gegeerd door de Belgische bedrijven. Maar net zoals bij ons is de arbeidsmarkt geëvolueerd van een ‘marché de sélection’ naar een ‘marché de séduction’.” Directrice van de CCFBL Patricia De Backer vult aan: “Aan beide zijden van de grens zijn specifieke profielen, zoals lassers, een probleem. Maar in het algemeen vind je hier, zeker in de wat meer afgelegen regio’s, makkelijker arbeidskrachten dan in Vlaanderen.” 

“Wat ik wel ervaar, is dat de Belgische manier van managen niet blindelings gekopieerd mag worden. Hier gaan de dingen niet ‘rap rap rap’, maar wel in dialoog. Zeker grote bedrijven die zich komen vestigen doen er goed aan om een Frans management te installeren, eventueel in de beginfase gecoacht door Belgen. er heerst hier in Frankrijk ook een heel verticale bedrijfscultuur, met een zeer gerespecteerde PDG bovenaan en verschillende laagjes eronder. Vousvoyeren blijft de norm. De Belgische, soms wat brute manier van communiceren, werkt hier niet. Als ik te direct ben, dan zeg ik ‘je suis désolée, je suis Belge’ (lacht).”

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details