Een rendabel handelspand begint met slimme keuzes
Voor de retailsector was 2024 een annus horribilis met faillissementen, leegstand en een dalend consumentenvertrouwen. Maar dit jaar tekent zich voorzichtig een kentering af en ontstaan er opnieuw kansen. Dewaele Vastgoed ziet hoe de markt zich herpakt, zij het onder nieuwe voorwaarden. “Wie zijn handelsruimte afstemt op het winkellandschap van morgen, kan wel degelijk een hoog rendement halen”, zegt Dimitri Lamon.
2024 was voor de retailsector een jaar om snel te vergeten. Toch was het niet allemaal kommer en kwel. Door het verdwijnen van gevestigde namen ontstond er immers ruimte voor nieuwkomers met frisse ideeën. In heel wat steden duiken dan ook nieuwe concepten op: vaak kleinschaliger, flexibeler en met een uitgesproken eigen visie. “Vooral in stadscentra zien we een duidelijke heropleving”, vertelt Dimitri Lamon van Dewaele Vastgoed. “Tenminste, in die steden die een actief beleid voeren en het gesprek aangaan met eigenaars.”
Een aantrekkelijk ondernemersklimaat begint volgens Dewaele bij het beleid. “Zorgen voor voldoende parkeergelegenheid en een soepel vergunningsbeleid zijn basisvoorwaarden om mensen naar het centrum te trekken. Tegelijk zijn het ook hefbomen om eigenaars en ondernemers te activeren”, gaat Lamon verder. Onder meer de stad Roeselare zet daar de laatste jaren sterk op in en gaat in dialoog met de sector. “Geregeld schuiven ook wij mee aan tafel om de noden scherp te stellen. Immers, het aantrekkelijk maken van stedelijke centra beschouwen wij als een gedeeld project waarbij de stad het kader uitzet en wij de vastgoedkennis aanbrengen.”
Minstens even bepalend als het creëren van een ondernemersvriendelijk klimaat, is de invulling van het handelspand. Consumenten moeten voortaan een reden hebben om zich naar een winkel te verplaatsen. “Of het nu gaat om kledij, voeding of elektronica: alles kan vandaag online gekocht worden. Om mensen naar een winkel te trekken, moet je dus meer beleving creëren”, stelt Lamon. Onder meer het toekomstige filiaal van Zara in Antwerpen wordt daar een schoolvoorbeeld van. “Dat pand zal een hoogwaardig interieur combineren met moderne architectuur. Het moet een plek worden waar klanten graag komen, niet alleen om te kopen, maar om het merk te beleven.”
Een omnichannel aanpak is voor retailers dus ‘the way to go’. Tegelijk moeten ze realistisch blijven, want een handelspand moet natuurlijk rendabel zijn. “Het is dus altijd zoeken naar het juiste evenwicht”, nuanceert Lamon. Maar daar stopt het vaak niet bij, want in de zoektocht naar een pand speelt niet alleen ligging en uitstraling een rol. Retailers willen ook een futureproof gebouw. Green lease-contracten waarin concrete afspraken vastgelegd worden tussen verhuurder en huurder over het duurzaam beheer en gebruik van het pand bevestigen die trend. “Een positieve evolutie, al vraagt het wel inspanningen van beide partijen.”
Kortom, de fysieke winkel heeft nog lang niet afgedaan. Meer nog, in steden met een visie en in panden die mee evolueren, is winkelvastgoed een rendabele investering. “Maar succes komt niet vanzelf. Het zijn zij die bewust kiezen voor kwaliteit, duurzaamheid en beleving, die op termijn ook de juiste huurders aantrekken”, aldus Lamon. En precies daar kan en wil Dewaele een rol spelen. “Met marktinzicht, juridische kennis en een stevige lokale verankering helpen we eigenaars en investeerders weloverwogen keuzes te maken, vandaag en voor de toekomst.”
Neem dan rechtstreeks contact op met Dewaele.