Hét toonaangevende zakenplatform voor Vlaanderen
“Samenwerking met ondernemers  is het sleutelwoord”
Christoph D’Haese: “Met de steun van Vlaio vernieuwen we al onze bedrijventerreinen die in de jaren ’60 en ’70 zijn aangelegd.” (Beeld: Swirko)

“Samenwerking met ondernemers is het sleutelwoord”

Burgemeester Christoph D’Haese aan het woord

Aalst zal bij de meeste lezers meteen een associatie met ‘carnaval’ oproepen. Maar Oilsjt is veel meer dan dat: met bijna 90.000 inwoners is ze de tweede grootste stad van Oost-Vlaanderen en zelfs de vijfde centrumstad van Vlaanderen. Centraal op de as Gent-Brussel is dit ook een economisch bolwerk. Naast industrie mikt het stadsbestuur de komende jaren op een verdere ontwikkeling van de zorgeconomie. ­Burgemeester Christoph D’Haese (N-VA) is ambitieus: “Wij willen uitgroeien tot de Health & Care Valley van Vlaanderen.”

De nieuwe Voka-hub is pal naast de administratie van de stad gevestigd. “Beter een goeie buur dan een verre vriend”, lacht Christoph D’Haese.

Wat zijn de economische troeven van Aalst?

Christoph D’Haese: Uit contacten met ondernemers onthou ik dat er drie zaken prioritair zijn als ze zich bij ons komen vestigen: hun bereikbaarheid, de dienstverlening van de stad en het aanbod aan goed uitgeruste en duurzame locaties. Als het over bereikbaarheid gaat, heeft Aalst uiteraard een triple A-locatie in de Vlaamse Ruit. Om onze dienstverlening te verbeteren, hebben we alle stadsdiensten op één plek gecentraliseerd. Op ons balieplein kan men voor ­eerstelijnsinformatie terecht en onze experts zijn zowel on- als offline beschikbaar voor complexere vragen.

Het realiseren van toplocaties voor bedrijven is al meer dan 10 jaar een prioriteit. We zorgen voor een gezonde mix in het aanbod, met infrastructuur voor starters, kmo’s en ­grotere industrie. Met de steun van Vlaio werken we trouwens aan de vernieuwing van onze bedrijventerreinen die in de jaren ’60 en ’70 zijn aangelegd. Aangezien we aan de Dender liggen, proberen we de waterweg ook maximaal uit te spelen voor alle sectoren.

Christoph D’Haese: “Al 10 jaar lang loopt een project om 18- tot 24-jarigen te stimuleren in de eerste stappen naar het ondernemerschap.” (Beeld: Swirko)

Welke sectoren zijn hier sterk vertegenwoordigd? Waarin blinken jullie uit?

Christoph D’Haese: Aalst heeft een bijzonder evenwichtig economisch weefsel. We tellen een aantal wereldspelers zoals Jan De Nul Group, Honda en Tupperware, naast een grote groep kmo’s die een vaste waarde zijn en al meerdere generaties lang in dezelfde ­familiale handen zijn gebleven. Dat geeft stabiliteit aan de tewerkstelling. Wat ons uniek maakt, is onze sterke positie in zorg en gezondheid, goed voor liefst 1 op de 5 jobs in Aalst. Dat hebben we te danken aan onze twee befaamde ziekenhuizen, die zowel rechtstreekse als onrechtstreeks tewerkstelling genereren. Maar daarnaast hebben we ook topspelers in de privésector zoals Becton Dickinson, Ontex en Medec.

De zone Siesegem vlakbij de E40 en moet de Vlaamse Health & Care Valley van de toekomst worden.

In Oost-Vlaanderen staat Gent bekend om zijn sterke start-upcultuur. Wat heeft Aalst te bieden voor startende ondernemers?

Christoph D’Haese: Samen met de hogescholen HoGent en Odisee hebben we al meer dan 10 jaar het project Broeikas lopen. Daarmee stimuleren we 18- tot 24-jarigen om de eerste stappen te zetten naar het ondernemerschap. Daarnaast bieden we ook starterscontracten aan, goed voor een bedrag van 3.500 euro. Ondernemers die bij ons willen starten, kunnen zich kandidaat stellen. Die middelen kunnen ze gebruiken voor advies over boekhouding, ondersteuning in ICT of communicatie of zelfs kleine investeringen.

Op de industriezone Tragel-Zuid komt er ook een ‘makers district’ onder de naam ­Walstroom. In enkele oude industriële loodsen zullen we tijdelijk 10 tot 15 werkplekken ter beschikking stellen van jonge ambachtslui, denk aan een schrijnwerker, een creatief ondernemer of een chocolatier.

Op welke manier voert de stad een eigen economisch beleid?

Christoph D’Haese: Wij hebben erkende adviesraden, die we heel actief betrekken bij ons beleid. Dit past in ons streven naar een integraal beleid: het klimaat en de mobiliteitsuitdagingen zijn kwesties die we ook samen met de ondernemers willen aanpakken. Unizo en Voka zijn trouwens kind aan huis. De nieuwe hub ‘Voka Vaart’ is zelfs pal naast het administratief centrum gevestigd. Samenwerking is het sleutelwoord: we ­hoeven ons als overheid niet op te dringen of de rol van werkgeversorganisaties over te nemen.

Omdat we de zorgeconomie belangrijk vinden, hebben we innovatiecontracten met ondernemers actief in de zorg in het leven geroepen. Met Europese steun helpen we starters om hun project vorm te geven. Een van de starters die dit jaar zo’n contract heeft binnengehaald is actief in digital health: het gaat om Digile, de start-up van An Crepel en Karel Deloof, die artsen en apothekers via open data alle beschikbare informatie aanreikt over medicatie.

Wat brengt de toekomst voor Aalst?

Christoph D’Haese: We werken aan een nieuw bedrijventerrein van 52 hectare dat exclusief voorbehouden wordt voor ondernemingen actief in gezondheid en zorg. De zone Siesegem komt vlakbij de E40 en moet de Vlaamse Health & Care Valley van de toekomst worden. Het is een kwaliteitsvol en onderbouwd project, dat ook een onderwijs- en onderzoekscomponent heeft. Met HoGent, Odisee en de KU Leuven werken we aan de oprichting van een innovatiehub die de centrale spil zal worden van Siesegem.

Op die zone gaan we innovatieve bedrijven aantrekken rond medisch materiaal, vaccins, digitale gezondheid, met een maximale ­werkgelegenheid voor zowel kort-, technisch als hooggeschoolden. Alle neuzen staan in dezelfde richting, en de ambitie is inter­nationaal. We hebben er intense contacten over met Flanders Investment & Trade en de drive rond het project zit goed.

Welk project dat belangrijk is voor de Aalsterse bedrijven wil u in 2022 realiseren?

Christoph D’Haese: Ik wil volgend jaar de eerste stappen zetten rond de inhoudelijke werking van de Health & Care Valley op ­Siesegem. Het uitwisselen van kennis en ervaring zal plaatsvinden in een voorlopige locatie, in afwachting dat we definitief onze intrek kunnen nemen in de innovatiehub. De stad heeft alvast een zorgeconoom aangeworven om dit project in goede banen te leiden. Zijn taak is alle actoren samen te brengen in een nieuwe innovatiecluster, die snel up and running moet zijn.

Daarnaast moeten we blijven werken aan onze bereikbaarheid. Er zijn de voorbije jaren forse investeringen gebeurd in de ondertunneling van de Siesegemlaan en de Boudewijnlaan en de aanpak van ons viaduct. Maar nu moet de mobiliteit op de Brusselsesteenweg nog aangepakt worden. Hopelijk kunnen we ook op dat vlak vooruitgang boeken.

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details