Hét toonaangevende zakenplatform voor Vlaanderen
“Een nieuwe elektrische wagen blijft te duur voor de meeste consumenten”

“Een nieuwe elektrische wagen blijft te duur voor de meeste consumenten”

Koen Claesen en Matthias Gommeren over de evoluties in de garagesector

De wereld van garages en autodealers zit de jongste jaren in stevige transformatie. Enerzijds proberen de automerken zelf meer greep te krijgen op de verkoop, anderzijds betekent de gestage opkomst van elektrisch rijden een uitdaging om te investeren in nieuwe apparatuur en kennis om zulke wagens te onderhouden. Een consolidatiegolf in de sector leidt ertoe dat er steeds grotere garagegroepen ontstaan, waarbij ook buitenlandse spelers hun oog op de Belgische markt hebben laten vallen. Wat zijn de uitdagingen vandaag en hoe ziet de toekomst van de autoverkoop eruit? Wij brachten Koen Claesen, CEO van Van Mossel Automotive Group België en Luxemburg, en Matthias Gommeren, CEO bij Cardoen, samen voor een open gesprek.

De autoverkoop blijft conjunctuurgevoelig. Het aantal nieuw ingeschreven voertuigen daalde van januari tot eind juli 2025 met bijna 10%. Maar de markt van de particuliere verkoop groeit dit jaar wél weer, zo blijkt uit cijfers van automobielfederatie Febiac. Wat zijn jullie ervaringen? 

Koen Claesen: Onze groep is in België aanwezig met 32 automerken op meer dan 150 locaties. Per jaar verkopen we zo’n 35.000 nieuwe auto’s en 12.000 tweedehandswagens. 2025 is wel een uitdagend jaar. We kenden een goede start dankzij het ­Autosalon dat zowel op de Heizel als in onze showrooms een succes was. Maar het blijft wekelijks vechten om het gebudgetteerde aantal orders binnen te halen. Ook wij stellen vast dat de particuliere koper actiever is. Ter illustratie: vorig jaar lag de verhouding B2B versus B2C op 70-30, dit jaar is dat 60-40. Het segment ‘used cars’ kent een forse groei, plus 20%. En dat is niet toevallig: nieuwe wagens zijn de afgelopen drie à vier jaar fors duurder geworden. 

Matthias Gommeren: Cardoen telt 16 vestigingen en blijft in hoofdzaak een autosupermarkt voor particulieren. B2B-verkoop maakt nauwelijks 5% van onze omzet uit. En omdat de consument in tijden van economische onzekerheid op zoek gaat naar de beste deal, doen wij het goed dit jaar: we halen tot nu toe een double digit groei. Ook wij zien de belangstelling voor refurbished wagens toenemen. We hebben een eigen afdeling die gebruikte wagens opfrist en ze zo dicht mogelijk bij de oorspronkelijke kwaliteit brengt. De kwaliteit en de garantie waar we voor staan, zorgt ervoor dat meer en meer mensen voor dergelijke wagens kiezen.

“Een nieuwe elektrische wagen blijft te duur voor de meeste consumenten” 1
Matthias Gommeren: “De resultaten van de batterijtesten van gebruikte EV’s vallen mee, zelfs bij wagens die vier tot vijf jaar oud zijn.”

Elektrisch rijden zit in de lift. Om de particuliere verkoop te stimuleren, was er vorig jaar een Vlaamse premie bij aankoop van een elektrische wagen tot 40.000 euro. Maar die werd eind 2024 vervroegd geschrapt. Heeft dat een blijvende invloed gehad op de verkoop? 

Koen Claesen: Ik denk het niet. Er zijn geen betrouwbare cijfers over, maar ik vermoed dat weinig particulieren zich door die premie hebben laten overtuigen om elektrisch te gaan rijden. De meeste consumenten kiezen nog altijd voor een benzinewagen, omdat die nu eenmaal goedkoper is. En het rijbereik van kleinere elektrische wagens blijft een mentale barrière. Al denk ik dat we daar stilaan op het kantelpunt komen. De KIA EV3 en Renault 5 E-Tech bijvoorbeeld halen een actieradius van 350 à 400 km. Bij die twee modellen zien we de jongste tijd dat de helft van de verkochte wagens naar particuliere klanten gaat. 

Matthias Gommeren: Ook wij merken dat klanten sinds enige tijd meer naar een elektrische wagen vragen. Je vindt ze dan ook steeds vaker in onze showroom. Maar nieuwe modellen blijven wel vrij duur. Daarom stijgt de belangstelling voor compacte tweedehandse EV’s. Natuurlijk gaat dat gepaard met vragen over de kwaliteit van de batterij. Wij testen die in eigen huis en leveren er ook een certificaat voor af. Ik stel vast dat de resultaten meevallen, zelfs bij wagens die vier tot vijf jaar oud zijn. Onlangs nog hebben we een Hyundai Ioniq gehad die na vijf jaar nog over 100% batterijcapaciteit beschikte. 

Toch blijft de vraag naar tweedehandse elektrische wagens in ons land eerder beperkt. Terwijl het aanbod van gebruikte elektrische fleetwagens sterk toeneemt. Waar ligt de oplossing volgens jullie? 

Koen Claesen: We moeten de B2B- en de B2C-markt veel beter op elkaar afstemmen. Used Car Centers blijven momenteel met grote voorraden EV’s zitten. Het probleem zit bij de hoge restwaardes van voertuigen waar bedrijfsleiders drie of vier jaar mee gereden hebben: een dure tweedehandse Audi of Tesla, daar zijn geen klanten voor. Ik prijs me gelukkig dat we vooruitziend zijn geweest bij Van Mossel en de restwaarde van zulke elektrische auto’s van in den beginne laag hebben ingeschat. Maar het is duidelijk dat er iets zal moeten gebeuren om die markt aan te zwengelen. Persoonlijk denk ik dat een fiscale incentive vanuit de overheid een noodzaak is. Om een duurzaam effect te hebben, zou je aan een systeem zoals de woonbonus kunnen denken, waarbij de aftrek gespreid wordt over meerdere jaren. Zo zullen die tweedehandse EV’s verkocht geraken en blijven rijden, wat finaal de beste manier is om het particuliere wagenpark versneld te vergroenen. 

Matthias Gommeren: Momenteel ervaren wij weinig problemen rond tweedehandse EV’s. We stemmen ons aanbod continu af op de vraag van de klant en kopen enkel in waar er nood aan is. Binnen de internationale groep Aramis, waar wij deel van uitmaken, kunnen we ook makkelijk wagens poolen en uitwisselen. Al volg ik Koen wel dat er iets moet gebeuren om deze markt te stimuleren. Elektrificatie is nu eenmaal de toekomst en alle Europese merken zijn daar volop mee bezig. 

“Een nieuwe elektrische wagen blijft te duur voor de meeste consumenten” 2
Koen Claesen: “We moeten de B2B- en de B2C-markt voor elektrische wagens veel beter op elkaar afstemmen.”

Laten we het even hebben over jullie sector. In de autoretail is er de afgelopen jaren een duidelijke consolidatiegolf geweest. De van oorsprong Nederlandse Van Mossel Automotive Group was daar één van de drijvende krachten. Zien jullie nog verdere groeimogelijkheden qua aantal locaties? 

Koen Claesen: Ik denk dat ons netwerk in Vlaanderen bijna op punt staat: in elke belangrijke stad hebben we een dealership, in iets grotere regio’s is er telkens een carrosserie en ook met onze leasemaatschappijen coveren we de markt voldoende. Enkel in Wallonië zijn er nog een paar plaatsen waar ik nog mogelijkheden zie. De bedoeling moet zijn dat we ook daar al onze leasewagens zelf kunnen onderhouden en herstellen, zodat we de beste service kunnen garanderen voor de klanten. 

Matthias Gommeren: Met 11 vestigingen in Vlaanderen en 5 in Wallonië zitten we goed verspreid. Elke locatie beschikt over een eigen carrosserie en dienst na verkoop. In het zuiden van het land zijn er misschien nog mogelijkheden voor een extra locatie, maar de Waalse consument rijdt toch makkelijker verder om een wagen te kopen. Wij willen vooral gecontroleerd groeien en zetten daarbij in op zowel online verkoop als de showrooms. 

Hoe belangrijk blijft het om een uitgebreid net van showrooms te hebben? Of wordt de auto ook een product dat we gewoon online kopen? 

Matthias Gommeren: Cardoen hanteert al jaren een omnichannel aanpak. We kunnen daarbij bogen op de ervaring van de Aramis groep, die in Frankrijk bijvoorbeeld wel winkelpunten heeft, maar daar puur online verkoopt. Vandaag zien we dat 10% van onze auto’s online wordt verkocht zonder dat de klant een voet in de toonzaal heeft gezet. Ze kopen hun wagen online of via een videocall en krijgen die thuis geleverd. Zelfs voor gebruikte auto’s blijkt dat te werken. We zijn dan ook heel transparant over de toestand van het voertuig en tonen op de site ook ­foto’s van de imperfecties. 

Koen Claesen: Klanten die een tweedehands wagen zoeken, maken meestal online een keuze, maar willen toch nog even controleren of het wel de juiste wagen is. Bij nieuwe auto’s zie ik de online verkoop voorlopig niet van de grond raken. Onze klanten willen graag de opties kennen, hun wagen samenstellen en een proefrit maken. Het blijft immers een emotioneel product. Na het huis is een auto voor de meeste mensen de duurste aankoop die ze doen. 95% van onze transacties vindt nog steeds plaats in de showroom, waar vaak nog een overnamebod op de huidige wagen gebeurt. En die willen we wel zelf zien. 

Tot slot: elektrische voertuigen hebben minder onderhoud nodig. Wat betekent dit voor het businessmodel van een garagegroep op lange termijn? 

Koen Claesen: Vroeger was olie het goud van de werkplaats. Dat verandert natuurlijk, aangezien elektrische wagens geen olie vereisen en veel minder onderhoud nodig hebben. Maar de evolutie verloopt geleidelijk: België telt nu 500.000 EV’s op een totaal wagenpark van 6 miljoen auto’s. Wat we wel merken, is dat het gemiddeld schadebedrag in de carrosserie stijgt: alle stukken in een elektrische auto zijn een stuk duurder. En ook hoe meer technologie er in een wagen zit, hoe groter onze verantwoordelijkheid wordt om ervoor te zorgen dat de bestuurder terug met een 100% veilige wagen de werkplaats verlaat. De service blijft echter altijd cruciaal, ongeacht de aandrijving van het voertuig, opdat de klant ook zijn volgende wagen in jouw garage zou kopen.

Matthias Gommeren: Helemaal akkoord: EV’s vergen een ander onderhoud en er zijn grote verschillen van merk tot merk. Als ik bijvoorbeeld kijk naar ons herconditioneringscentrum waar we elke week 300 auto’s refurbishen: iedereen moet daar over de juiste knowhow beschikken om de wagens weer op punt te stellen. De opleiding van onze medewerkers is dus cruciaal en we moeten daar blijvend in ­investeren.

"*" geeft vereiste velden aan

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Stuur ons een bericht

Kunnen we je helpen met zoeken?

Bekijk alle resultaten