Hét toonaangevende zakenplatform voor Vlaanderen
Arne Quinze: “Kunst moet mensen verbinden en een dialoog op gang brengen”

Arne Quinze: “Kunst moet mensen verbinden en een dialoog op gang brengen”

Arne Quinze is schilder, beeldhouwer, kunstenaar. Hij begon zijn carrière in de jaren 80 als graffitikunstenaar. Intussen sieren zijn opvallende kunstinstallaties publieke ruimtes in de hele wereld. Quinze is chronisch verwonderd over de schoonheid van de natuur. Door zijn kunst wil hij de verloren harmonie tussen mens en natuur herstellen. Met opvallende kleuren en vormen daagt hij onze grijze, monotone steden uit. Want we zijn ‘aliens’ geworden, zegt hij, die de planeet verwoesten met beton, helemaal uit balans met het wonder van de natuur. 

Wat kan jou verwonderen? 

Alles. Verwondering begint met te leren kijken. Ik sta op en ik kijk rond me, verwonderd als een klein kind. De regen, de sneeuw, de vlinders in mijn tuin, er is altijd wel iets wat me verwondert en opvrolijkt. Met mijn installaties streef ik ook altijd naar verwondering. Het zijn vaak grote beelden waar je als mens letterlijk naar opkijkt. Ze dwingen je om de wereld te bekijken van onderuit, uit kikvorsperspectief, verwonderd. En verwondering opent je geest en je wereld, het maakt je nieuwsgierig. Als je verwonderd bent, stel je je open, ook voor elkaar. Het breekt de muren rondom ons en binnenin ons. 

Arne Quinze: “We moeten leren om nieuwsgierig te zijn naar wat vreemd en onbekend is. Zoals mijn Rock Strangers op het Zeeheldenplein in Oostende.”

Waar haal je inspiratie uit? 

Alles wat ik vandaag maak, is geworteld in de wonderlijke wereld die ik als kind ontdekte in de tuin van mijn ouders. De uitgestrekte velden en de grachten in de polders. Ik ben nog altijd een tuin-man in hart en nieren. Ik zit vaak op mijn knieën in de tuin. Dat geeft je een heel andere kijk op de wereld. Op je knieën in de tuin zit je midden in de verwondering. Oog in oog met de diversiteit van het leven. 

Als mens kijken we altijd van boven naar beneden. We willen de dingen rondom ons controleren en beheersen. Wij willen de natuur naar onze hand zetten. Omdat we eigenlijk vergeten zijn hoe mooi die natuur is en dat we daar als mens ook deel van zijn. We zien het niet meer. 

Ik heb al veel uithoeken van de planeet gezien en overal gedraagt de mens zich op dezelfde manier. Bossen worden gekapt, weidsheid wordt bedwongen en vervangen door muren. We hebben die vormen rondom ons blijkbaar nodig om te leven en zelfs om te denken. We limiteren constant ons denkvermogen. We willen in hokjes denken. Hoe ouder ik word, hoe meer ik erop let. We gedragen ons als aliens op onze eigen planeet. We zijn totaal niet in harmonie met de natuur.

“Op je knieën in de tuin zit je midden in de verwondering. Oog in oog met de diversiteit van het leven.”

Wat doet dat met jou als mens, als kunstenaar? 

Het raakt me dat zo weinig mensen hun omgeving willen verfraaien. Onze straten zijn minerale betonlandschappen geworden. Kinderen groeien op in steden en weten niet meer wat wilde bloemen of insecten zijn, of wat de seizoenen zijn. Bomen in steden worden gekapt omdat het te duur is om ze te onderhouden. De meeste steden zijn ovens geworden wat met de klimaatcrisis echt geen goed idee is. We werken onszelf voortdurend tegen. Ik snap dat niet. 

We trekken ons ook terug achter die grijze muren. We vinden het blijkbaar heel moeilijk om samen te leven. We zijn bang als we geen controle hebben en we voelen angst voor wie of wat we niet kennen. We gaan met plezier kijken naar een Star Wars-film over vreemde werelden, maar als we daarna op straat iemand met een hoofddoek passeren, wijzen we met de vinger en keuren we af. Konden we als mens maar iets leren van de diversiteit van de natuur, het leven zou een stuk aangenamer zijn.

Uiteindelijk is er op de wereld maar één ras en dat zijn wij: mensen. Lang, kort, wit of zwart, met of zonder piemel, daar gaat het in essentie niet om. Kijk in mekaars ogen en besef dat we in de eerste plaats mensen zijn. En we hebben maar één planeet die ons draagt en waar wij zorg voor moeten dragen, onze aarde. We moeten leren leven in harmonie met onszelf, met mekaar en met onze aarde. We staan nog maar aan het begin van een klimaatcrisis die we moeilijk kunnen inschatten. Moeder natuur dwingt ons op de knieën. We zullen ons moeten aanpassen en we zullen mekaar nodig hebben.

“Dat ik nooit bang was om te falen, heeft me zelfvertrouwen gegeven en vertrouwen in mijn dromen.”

Kan kunst ons als mensen met elkaar verbinden?

Jazeker. Maar kunst en cultuur zit óók vaak verstopt achter muren, in musea, theaters en concertzalen. Slechts één procent van de bevolking komt langs die weg in contact met kunst. Met kunst in de publieke ruimte raak je al die andere mensen. Vaak ongevraagd en dat kan tot pittige gesprekken leiden. Als ik beelden in de publieke ruimte zet, wil ik in de eerste plaats mensen met elkaar verbinden en dat kan ook tot interessante confrontaties leiden. Niet iedereen hoeft mijn beelden graag te zien. Maar controverse die een dialoog op gang brengt, die dingen doet bewegen en veranderen, dat is belangrijk. Het alternatief is eenheidsworst en stilstand. 

Een jaar of twintig geleden had ik een beeld gezet in centrum Brussel, op een braakliggend terrein dat we helemaal opgekuist hadden. Het mooiste compliment kwam toen van een vrouw die zei: “Dank je, Arne, na jaren spreek ik nu weer met mijn buren.” Omdat er op straat iets gebeurde dat die mensen bijeen bracht, iets wat ze deelden. De buurt kwam tot leven. Criminaliteit verdween. De cafés bloeiden op. Het dorpsgevoel midden in die grootstad keerde terug. Natuurlijk vond niet iedereen in de buurt die installatie mooi, maar het resultaat was positief controversieel. 

We moeten leren om ons open te stellen, nieuwsgierig te zijn naar wat vreemd en onbekend is. Zoals mijn Rock Strangers, de grote rode sculpturen op het Zeeheldenplein in Oostende. Mensen doen hun rolluiken ­omhoog en zien een vreemd object in hun vertrouwde omgeving. Wat doe je dan, ga je het afstoten of omhelzen? Dat is de keuze die we moeten maken. 

Wat is jouw grootste talent? 

Ik ben niet bang om uit de bocht te gaan. Ik kijk niet naar de boom die in de weg staat, maar naar de weg eromheen. En dat is essentieel voor het parcours dat ik heb afgelegd. Dat ik nooit bang was om te falen, heeft me zelfvertrouwen gegeven, vertrouwen ook in mijn dromen. Ik ben vaak op mijn bek gegaan onderweg. Het was vaak keihard knokken. We wisten maandag vaak niet of er op het einde van de week brood op de plank zou zijn. Onlangs zat ik met mijn kinderen rond het kampvuur. “We missen die tijd soms een beetje”, zeiden ze. Wat we allemaal deden om te overleven! We hadden niks, maar we gingen er voor, we gaven onze ideeën niet op en we bleven die beelden bouwen met het allerlaatste wat we hadden. Zo is ons verhaal stilaan gegroeid. Ook als gezin. 

Ik heb soms hele dagen gevast om mijn kinderen eten te kunnen geven. Maar met de glimlach. Ik heb ooit de keuken in een jungle thema geschilderd om de aandacht af te leiden van het feit dat er niks op het bord lag. En zo herinneren mijn kinderen zich die tijd. We zijn daar ook als gezin enorm sterk door geworden, we waren en zijn nog altijd een hechte en sterke clan. Ze mogen ons in de jungle zetten met niets, we komen eruit met alles. 

“Ik droom luidop, ik vecht voor mijn dromen en ik realiseer ze ook.”

Wat heb je geleerd van wie jou voorafging?

Het mooiste en meest waardevolle cadeau kreeg ik van mijn vader. Hij gaf me de kans en de ruimte om te groeien, maar ook om te struikelen. Hij heeft me nooit veroordeeld, ondanks alle fratsen die ik heb uitgestoken in mijn leven. De openheid van geest die ik vandaag heb, die heb ik aan hem te danken. Hij heeft me ontzettend veel wijze raad gegeven, gewoon al door te luisteren. Zijn eeuwige geduld en zijn talent om naar anderen te luisteren, zijn goedheid, zijn kracht en veiligheid maakten van hem een vader in alle juiste betekenissen van het woord… Wat een mooie man was dat. 

Toen hij is heengegaan had ik het gevoel dat het dak boven mijn hoofd weg was. Ik heb jaren nodig gehad om die veiligheid terug te vinden. Met veel tranen en verdriet. Maar ook blijdschap. Dankbaarheid voor de vader die hij was. 

Tot slot: wat is voor jou de hemel? 

Het paradijs is hier en nu. Ik ben echt iemand die in het nu leeft. Ik geniet nu. Ik heb plannen voor de volgende jaren. En ik verlang naar heel veel. Ik ben een dromer. Ik droom luidop, ik vecht voor mijn dromen en ik ­realiseer ze ook. Maar niettemin geniet ik en leef ik nu.

"*" geeft vereiste velden aan

Stuur ons een bericht

Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.

Wij gebruiken cookies. Daarmee analyseren we het gebruik van de website en verbeteren we het gebruiksgemak.

Details

Kunnen we je helpen met zoeken?