“Automatisering is de enige oplossing om Europa te herindustrialiseren”

Duitse multinational geeft onze industrie van morgen vorm

Als we Europa met succes willen herindustrialiseren, moeten we volop de kaart trekken van industriële automatisatie. Beckhoff Automation, een Duits familiebedrijf dat de voorbije 40 jaar uitgroeide tot een onbetwiste wereldspeler in dit domein, vormt dus een essentieel puzzelstuk in onze economische toekomst. Het strategische groeitraject van dit bedrijf geeft vertrouwen: “Om de paar jaar vindt er een ware revolutie plaats in ons productgamma.”

Het verhaal van Beckhoff Automation, tegenwoordig een multinational met 5.700 werknemers, begint in 1980. “Oprichter Hans Beckhoff begon na zijn ingenieursstudies elektronische sturingen te bouwen voor machinebesturing in de werkplaats van zijn vader. Hij experimenteerde toen al met een PC-gebaseerde besturing voor elektromachines. In feite was hij dus toen al bezig met wat we vandaag slimme sturing noemen”, opent Patrick Gielis, General Manager bij Beckhoff Automation Belgium, zijn betoog. 

De grote, wereldwijde doorbraak kwam er dan halverwege de jaren 90, toen Beckhoff met het busklemmen-systeem op de markt kwam, waar de elektronica van de PLC zit ingebouwd. “Dat was een schot in de roos. Dit is nog steeds ons bekendste product. We hebben in de beginperiode vooral een voorsprong uitgebouwd op vlak van technologische innovatie ten opzichte van onze concurrenten. Die behouden we tot vandaag”, aldus Gielis.

Proactieve basishouding 

Concreet betekent dit dat Beckhoff steeds de vinger aan de pols houdt en voelt waar er nieuwe marktvragen zullen ontstaan, om die vervolgens te proberen invullen. “Om de paar jaar vindt er een ware revolutie plaats in ons productgamma. Een recent voorbeeld hiervan is ons MX-systeem. Dat is een schakelkastloze oplossing voor machines. Met andere woorden: de apparatuur die nodig is om een machine te kunnen besturen, kan rechtstreeks op deze machine worden ­gemonteerd”, gaat hij verder. “Hierdoor wordt er plaats gewonnen in de productieomgeving, en hoeft het personeel ook niet meer specifiek opgeleid te zijn om dit te kunnen installeren.”

Een ander voorbeeld van de proactieve aanpak van de onderneming, is haar focus op cyberveiligheid in het productgamma. “Vandaag is het een realiteit dat onze producten met elkaar zijn verbonden via een netwerk. Hierdoor zijn ze onmiskenbaar ook een potentieel doelwit voor cyberaanvallen. Daarom wordt er dagelijks keihard gewerkt om een voldoende hoog niveau van veiligheid te kunnen voorzien. Voor ons is dit echt wel aan het uitgroeien tot een nieuwe specialisatie. Dat is niets minder dan een noodzaak, wetende dat dit in de toekomst deel zal uitmaken van de machinerichtlijn”, vervolgt Gielis. 

Hetzelfde geldt ook voor het gebruik van AI. “Wij zetten hier al jaren keihard op in. Vaak beseffen onze klanten zelfs niet goed hoeveel AI-toepassingen er al verwerkt zitten in onze oplossingen, maar als je bedenkt dat heel veel van onze oplossingen zelflerend zijn – ik denk maar aan Xplanar en TwinCat – is het vanzelfsprekend dat dit gebaseerd is op slimme AI-algoritmes”, klinkt het.

Strategie en vakkennis op het terrein 

Het bedrijf is met zijn oplossingen aanwezig in zowat alle industriële sectoren. “Uiteraard is machinebouw nog steeds onze basis, maar tegenwoordig zijn we actief in pakweg de procesautomatisering, waterbehandeling of gebouwenautomatisering. Die laatste wordt steeds groter in omvang, omdat we zien dat steeds meer grote, oudere gebouwen onder handen genomen worden en vervellen tot slimme gebouwen vol geautomatiseerde toepassingen”, klinkt het. “Voorts vind je ons bijvoorbeeld ook terug in een kwart van alle windmolens wereldwijd.” 

Dit in het oog springend groeitraject is in de eerste plaats het gevolg van de duidelijke visie waar de onderneming voor staat. “Wij kiezen er heel bewust voor om in familiale handen te blijven. De bedrijfsleiding, die volledig autonoom kan beslissen, kiest er daarenboven voor om de winsten opnieuw te investeren”, aldus Gielis, die meteen ook de uitmuntende vakkennis van de werknemers aanstipt. “In de Belgische afdeling zijn al onze medewerkers, ook in het salesdepartement, mensen met ervaring in het werkveld. Zij hebben dus zelf ook machines gebouwd, waardoor ze zich heel makkelijk kunnen verplaatsen in de schoenen van de klant en waar mogelijk mee ondersteuning bieden in de programmatie en engineering.”

Essentieel voor de toekomst van Europa

Het maatschappelijke belang van dit bedrijfsverhaal mag bovendien allerminst worden onderschat. “In feite is industriële automatisatie niets minder dan het antwoord op het belangrijkste politieke en economische vraagstuk van het moment”, aldus Gielis. “Ze maakt de facto de herindustrialisering van Europa mogelijk. Als we de industrie willen hier houden en waar mogelijk terughalen, moet dit immers gebeuren op een zo geautomatiseerd mogelijke manier. Rekening houdend met het tekort aan arbeidskrachten en met de hoge loonkosten, is het totaal onrealistisch om te denken dat we dit zouden kunnen bereiken via klassieke handenarbeid.”

Het hoeft dan ook niet te verbazen dat het bedrijf – onder meer via een engagement bij sectorfederaties Agoria en Fedustria – de toekomst van de industrie wil scherpgesteld zien in de politieke agenda. “Automatisering is de enige werkbare oplossing en wij kunnen dit realiseren. Daarom moeten we ervoor zorgen dat de beleidsmakers genoeg aandacht voor ons hebben en onze technologie alle kansen geven. Dat is essentieel voor onze toekomst in Europa”, besluit Gielis.